Het ontstaan van lingerie: Een geschiedenis van het ondergoed
De evolutie van hoe we ons bedekken, van historische kleding tot moderne beha’s
Amoena maakt sinds de vroege jaren 90 mooie ondersteunende lingerie voor vrouwen, maar we kunnen zeker niet beweren dat we de eersten zijn. Een doorlopende tentoonstelling met de naam ‘Undressed’, in het Victoria and Albert Museum in Londen wekte bij ons de interesse om op zoek te gaan naar de oorsprong van ondergoed. Ben je ook benieuwd?
- De bescheiden lendendoek was het eerste beschikbare stuk onderkleding, of in warmere streken, een bovenstuk, en het enige kledingstuk dat ze nodig hadden. Lendendoeken bestonden in een driehoekige vorm, als rok of waren gewoon een lange strook stof. Ze worden nog steeds gedragen in bepaalde inheemse culturen overal ter wereld.
- Tijdens de middeleeuwen droegen zowel mannen als vrouwen een kledingstuk over de bovenkant van het lichaam: een hemd (chemise in Frankrijk), kiel of hemdjurk. Dit kledingstuk werd onder de japon of het bovenkleed gedragen, en was verwant met het bekende (en veelbeklaagde) corset, dat de buste van de vrouw benadrukte door middel van rechte walvisbeenderen in de vroegste modellen.
- Toen smalle tailles in de mode kwamen in de jaren 20 van de negentiende eeuw, had het corset baleinen (soms van staal) en was het doorweven om een gewelfdere figuur te krijgen. Smalle tailles werden een schoonheidssymbool — en zorgden er vaak voor dat vrouwen flauwvielen door het ongemak van zo’n onnatuurlijke belemmering!
- Gelukkig kreeg een gezondheidsbeweging voor meer ontspannen ondergoed voet aan de grond, en in het begin van de twintigste eeuw droegen vrouwen minder inperkende lijfjes onder hun jurken. De hemdjes en petticoats, en later jarretels en bloomers kwamen stilaan in de mode.
- De eerste moderne brassière bestond uit twee zakdoeken die met een lint werden samengebonden. Die werd in 1913 ontworpen door een vrouw die het ontwerp patenteerde en het in een groot deel van de VS op de markt bracht.